Wat is voor vele conservatoriumstudenten de drijfveer voor het vele uren studeren? Nu we indeze bijzondere Covid-19 tijd leven, is ons hele structuur omgegooid. Geen concerten, voorspeelavonden, groepslessen en momenten meer waarop je écht moet presteren. De druk is eraf. En dat resulteert in? Veel vrije ruimte om te studeren wat je maar wilt. Maar studeren we dan ook meer en zijn we nog steeds wel efficiënt bezig? Hebben we überhaupt nog zin om zo hard te werken als je ook merkt dat alles in 1 keer kan omdraaien of wegvallen?!
Structuur en regelmaat
De regelmaat van het normale leven, de hoofdvaklessen en eigen concerten zorgen ervoor dat je in vorm blijft. Het biedt houvast en zorgt voor duidelijkheid. Overzicht is bevorderlijk voor ons welbevinden. Dit voorkomt dat je lichaam en geest elke dag weer opnieuw moeten schakelen en aanpassen aan een nieuwe situatie. Dit kost namelijk veel energie. Het is belangrijk om je eigen structuur te vinden en te experimenteren met wat werkt voor jou. Wellicht is het hoofddoel van elke dag studeren dan ook niet om iedere dag progressie te maken, maar ook in vorm te blijven. Het gaat dus ook om het ‘repetitieproces’. Datgene waar je lichaam en geest aan gewend zijn. Misschien biedt dat juist wel de meeste ontwikkeling. Studeersessies plannen is dus essentieel. Je hersenen wennen eraan dat je bijvoorbeeld elke week start om op de maandagochtend van 8:00 tot 10:00 te studeren. Dit geeft rust. Je krijgt ritme en regelmaat. Het wordt makkelijker om te studeren.
Nu de structuur en regelmaat is weggevallen, moet ik die zelf creëren. Het is makkelijker wanneer mijn leven al ingedeeld is. Ik heb minder tijd om te studeren. Dit zorgt voor een efficiënte tijdsindeling. Ik weet precies wat en hoe ik ga studeren in de studeersessies. Uren per dag studeren is dan niet nodig voor mij. Dit gegeven kan natuurlijk erg verschillen per individu. En die efficiënte tijdsindeling? Die komt door de (tijds) druk die erop zit.
Culturele verschillen
Iedereen kent de Russische discipline en mentaliteit wel. Je studeert daar geen instrument voor de ‘leuk’, maar om iets te bereiken. Het studeren wordt daar gevoed door extrinsieke motivatie. Bij extrinsieke motivatie is er een externe prikkel die je drijft. Dit kan die ene prestatie zijn of in het dar bepaalde concertgebouw spelen. De leraren hanteren een andere ‘ijzige’ methodiek. Extreme methodes, stress-momenten, het ervaren van druk leidt hier tot uren studeren. Uiteindelijk geeft dit topprestaties. Een voorbeeld hiervan is het ‘winterzwemmen’. Het gevaar van dit ‘ijzige beleid’ is dat studenten stoppen wanneer ze geen dwang meer ervaren, de intrinsieke motivatie hebben ze nooit gekend. Het hebben van intrinsieke motivatie is van uitermate belang. Maar iedereen heeft op z’n tijd extrinsieke prikkels nodig om net even harder te werken. Zoals concerten, optredens en waardering van de maatschappij. Nu in deze Corona tijd wordt dat veel opgemerkt door studenten, amateurs en professionals. Nu we die extrinsieke prikkels missen, is onze intrinsieke motivatie groot genoeg om te blijven studeren en te ontwikkelen?
Angst is de motor
Wat is de motivatie van studenten om iedere dag weer te blijven studeren? Is dat angst om niet te studeren of is dat vastberadenheid? Of studeer je daadwerkelijk omdat je het lekker vind om die noten tot je te nemen? Ik merk dat ik mezelf echt wel eens moet verzetten of ‘dwingen’ om te gaan studeren. Daarentegen, wanneer ik eenmaal in de ‘studeerflow’ zit, vind ik het fijn en leuk. De tijd tikt dan weg. Ik krijg het stukje zelfvoldoening door dingen te leren en mezelf te blijven ontwikkelen. Ik kan dat wel het ‘geluksgevoel’ noemen. Uit gesprekken met conservatoriumstudenten viel op dat ze vaak het idee hebben dat ze stil staan, geen progressie maken wanneer ze niet studeren (persoonlijke communicatie, 8 mei 2020). Ze hebben een schuldgevoel waar ze alleen zicht op kunnen verantwoorden. Wanneer je dan je ‘mindset’ verandert, kan je proberen om de angst in vastberadenheid om te zetten. Angst wordt vaak meer geassocieerd met negativiteit dan positiviteit. Dat ligt wel aan de manier waarop je ermee omgaat. Door angst kan bijvoorbeeld wel vast komen te zitten in je eigen hoofd. Angst kan leiden tot onjuiste beredeneringen over je progressie en kunnen. Angst maakt je daarentegen wel bewust. Bewust van eventuele consequenties wanneer je beslist om niet te studeren. Omdat angst je onbewust laat nadenken, kan het inzichten geven en een stukje creativiteit. Bovendien, het stukje discipline dat je krijgt van ‘angst’ helpt ons om productief te zijn, deadlines te halen en te kunnen presteren. Tot een bepaalde omvang is angst dus nodig. Angst blijkt één van de grootste motivators om te studeren te zijn. Daarnaast is streven naar perfectie ook een belangrijke factor in het vinden van motivatie. Het gevoel dat je excelleert in iets. Maar is dit ook niet terug te leiden naar angst? De angst om een foute noot te spelen, niet ‘perfect’ te spelen is een onderdeel van angst. Als laatste wil ik ‘social ranking’ aanstippen. In deze huidige maatschappij vergelijken we ons continu met elkaar. Dit kan heel negatief zijn, maar stimuleert ons enorm om elke dag weer die studiekamer in te gaan. Bang om onder te doen aan het niveau. Weer gedreven uit angst dus.
Concluderend, we moeten van angst naar vertrouwen gaan. Gebruik de voordelen en positiviteit angst. Laat de negativiteit achterwege. Angst is een kracht en leidt tot een verhoging van je productiviteit. Wanneer dit wordt toegepast in een leven met regelmaat en rust, zal dit leiden tot progressie en zelfontwikkeling.